Onze zorg moet meer met mij bezig zijn in plaats van met mijn dossier
Margot Vanfleteren studeert, onderneemt en is lid van de vrijdaggroep. Dit stuk verscheen eveneens op knack.be op 10 februari 2017.
Wanneer mijn psychologe me vroeg om mijn hand op mijn hart te leggen kon ik eerst niets voelen. Ze bleef aandringen en mijn volgende reactie was zonder woorden. Voor het eerst in jaren kon ik huilen. Ik had me weer opengesteld voor gevoelens. Ik heb sinds dat moment een lange weg afgelegd, niet altijd vlekkeloos, maar één ding weet ik zeker: zonder de steun van vrienden en mijn psychologe was ik er niet geraakt.
Voltaire zei ooit “The art of medicine consists in amusing the patient while nature cures the disease “. Infectieziekten zijn minder aanwezig en de biomedische kennis is geëxplodeerd maar de basis in deze gedachtegang klopt nog steeds. Ervoor zorgen dat de patiënt mentaal het gevecht met de ziekte aan kan is een groot deel van de genezing. De interactie tussen arts en patiënt creëert volgens Voltaire een mentale veerkracht door sociale steun.
Het belang van mentale veerkracht voor gezondheid wordt in het proefschrift van Machteld Huber benadrukt. Huber omschrijft gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven. Gezondheid wordt in deze definitie omschreven als een dynamisch concept waarin aanpassingsvermogen en zelfmanagement bepalend zijn voor de gezondheid.
De nadruk op zelfmanagement en aanpassingsvermogen in deze definiëring wil niet zeggen dat medische zorg overbodig is. Medische zorg dient te focussen op het aanleren van het zelfmanagement en het ondersteunen van patiënten in de regie. En leren is een langzaam continue cognitief proces. Zorgverleners dienen hier dus tijd voor te hebben.
Dit houdt impliciet ook in afstand nemen van een numerieke behandeling waarin cijfers en absolute normen bepalen of iemand gezond is. Er dient geluisterd te worden naar de patiënt om te bepalen of deze zelf regie kan voeren. De wensen en noden van de patiënt dienen gehoord te worden, ze bepalen immers de nood voor ondersteuning. Hiervoor is tijd nodig. De organisatie van de zorg dient flexibel te zijn zodat de noden van de patiënt beantwoord kunnen worden.
Als persoon met type 1 diabetes ervaar ik soms hoe hoog de werkdruk is bij zorgverleners. Naast mij te behandelen dient er multidisciplinair te worden overlegd, en dan heb ik het nog niet over de administratieve verplichtingen gehad. Soms loopt dat eens fout. Ik heb het gevoel dat doorheen de jaren meer moet met minder mensen op minder tijd. En als het kan ook even op een betere manier. Ook ik als patiënt stel steeds hogere eisen. Contact met zorgverleners is voor mij als patiënt het kostbaarste.
Theodore Porter haalt in zijn boek Trust in Numbers aan hoe ons beleid gebaseerd is op cijfers. Cijfers creëren een vals gevoel van veiligheid volgens hem. Net zoals gevalideerde documenten uit een behandeling. Die zekerheid is wat wordt gezocht in de gezondheidszorg. Bovendien zorgt de systematisch verzamelde informatie in de gezondheidszorg ook voor legale zekerheid. Het biedt de kans om bij een eventuele complicatie tot op het bot uit te kiemen waar het is fout gelopen. De verzamelde data in een behandelingsproces worden ook benut om de kwaliteit te verbeteren op basis van evaluaties.
Ik heb als patiënt het gevoel dat we het noorden dreigen kwijt te spelen met deze evaluaties. Mijn zorgverleners zijn meer bezig met mijn dossier dan met mij, de patiënt. In tijden gekenmerkt door onzekerheid lijken cijfers, data en certificaten zekerheid te bieden in de zorg. Toch voor zorgmanagers die zo alles kunnen traceren en verantwoorden.
Het is volgens mij tijd om in de zorg meer de nadruk te leggen op menselijke interacties, zonder de Evidence Based Medicine uit het oog te verliezen. Value Based Medicine met andere woorden. Het beleid dient tijd te creëren voor zijn zorgverleners om de interactie met de patiënt aan te gaan. Zonder met de stok te zwaaien door middel van regels en wetgeving. Want deze regels en wetgeving zorgen voor bijkomende administratie wat de absolute tijd van zorgverleners vermindert.