De vrije markt. Daarom is Ryancare een slecht plan voor de Amerikaanse gezondheidszorg
Sam Proesmans is één van de 3 artsen die deelnam aan Flying Doctors, student aan Columbia University in New York en lid van de vrijdaggroep. Eveneens verschenen op knack.be op 10 april 2017.
Terug naar vorige week. Paul Ryan, vertegenwoordiger van het huis van afgevaardigden - het Amerikaanse parlement - zegt dat the Affordable Care Act (kortweg ACA of ‘Obamacare’), “the law of the land” blijft, na het falen van het Republikeinse voorstel. Goed nieuws, zonder meer, maar de vraag is voor hoe lang. De voornaamste reden dat de wet gefaald heeft is dat het voor de hardliners in de Republikeinse partij niet ver genoeg ging, niet dat 24 miljoen Amerikanen hun ziekteverzekering zouden verliezen en duizenden zouden sterven (zie mijn voorgaand stuk).
De Republikeinen beweren maar al te graag dat de ACA – die in 2009 werd ingevoerd en het in principe strafbaar maakt geen ziekteverzekering te hebben – op instorten staat, maar dat is wars van alle experts. Het Republikeinse tegenvoorstel, waar 7(!) jaar voorbereidingstijd voor was, is een lege doos. Het komt erop neer dat de VS terugkeert naar een systeem vóór Obamacare, naar een tijd waar een recordaantal Amerikanen geen ziekteverzekering kon betalen. De algemene Republikeinse consensus, gisteren nogmaals verwoord door Paul Ryan, is: “We don’t want the government to run our health care.” Elke nuchtere Europeaan zou huiveren bij de gedachte dat gezondheidszorg in handen zou vallen van bedrijven wiens prioriteit het is winst te maken. De ACA probeert dit te corrigeren, maar een decennialang gebrek aan regulering heeft ertoe geleid dat Amerikanen nog steeds een veelvoud betalen voor hun geneesmiddelen en dat bijvoorbeeld een – relatief eenvoudig – onderzoek als een coloscopie tot een hallucinante $20,000 kan kosten. Immers, de overheid heeft geen inspraak in het bepalen van de prijs, zoals bij ons in België, waar de prijs voor datzelfde onderzoek vastligt op €593 (waarvan €30 te betalen door de patiënt zelf.)
Iedereen die een beetje kaas gegeten heeft van de (financiële kant van) gezondheidszorg, kan beamen dat gezondheidszorg gewoonweg te complex is om over te laten aan de vrije markt. Als je dokter zegt dat je een bepaald onderzoek nodig hebt, dan is de kans klein dat je dit zal betwisten, omdat je er immers vanuit gaat dat je arts ter goeder trouw handelt en je het onderzoek wel degelijk nodig hebt. Jouw arts heeft dus een informatievoordeel en deze ‘informatie-asymmetrie’ leidt ertoe dat de markt verstoord wordt. Andersom kan het zijn dat jij weet dat je een verhoogd risico op borstkanker hebt, omdat je moeder borstkanker kreeg op jonge leeftijd. Je ziekteverzekering heeft deze kennis niet en zal niet anticiperen op de potentieel hogere kost voor jou als patiënt (meer screening, een preventieve operatie…), wat wederom de markt verstoort. Ondanks overweldigend bewijs van het tegendeel, blijven Republikeinen halsstarrig vasthouden aan het geloof in deze vrije markt, wat ofwel een teken van onwetendheid is ofwel slechte wil. Een recent gesprek met een gepensioneerde Republikein getuigde alleszins van het eerste: Toen ik hem vroeg wat hij dacht van Medicare (het overheidsprogramma dat gezondheidszorg van 65-plussers reguleert en financiert), zei hij dat hij heel erg tevreden was. Kort hierna zei hij echter dat hij vond dat de overheid zich niet moest moeien met gezondheidszorg. Of die keer dat een Republikein me voor de voeten wierp hoezeer hij Obamacare haatte en hoe die wetgeving een schande was voor zijn vrijheid, om daarna te benadrukken dat hij vond dat Obamacare behouden moest blijven.
Voor veel Europeanen lijkt de discussie over – en het gebrek aan – betaalbare gezondheidszorg wereldvreemd. Wij beschouwen het als een vanzelfsprekendheid dat je quasi gratis naar de huisarts kan en je ziekenhuisfactuur tot een minimum wordt beperkt. Toch is de evolutie die de VS doormaakt niet zo eigenaardig en moeten we ons ervan bewust zijn dat zij historisch gezien geen uitzondering vormen: in Duitsland duurde het bijna 180 jaar – initieel onder impuls van Otto Von Bismarck – om ervoor te zorgen dat iedereen een ziekteverzekering had, in het Verenigd Koninkrijk nam dit proces ruim 100 jaar in beslag, in ons land 130. Het proces in de VS, met een systeem dat erg hard lijkt op het Duitse, gaat nu zijn 70ste jaar in. We kunnen er enkel maar op hopen dat het volgende Republikeinse voorstel opnieuw faalt en de VS zo een belangrijke stap naar het bereiken van universal health care coverage kan behouden – een prioriteit voor elk land volgens de Wereld Gezondheidsorganisatie en de Wereldbank – en zodoende opnieuw haar licht laat schijnen op het pad van vrijheid en vooruitgang voor de rest van de nog te overtuigen wereld.