Europese energietransitie: een sleutelrol voor België
Met de wedloop om de energievoorziening, het onder controle houden van de energieprijzen en de klimaatcrisis staat de Europese Unie op een kruispunt. In 2024 krijgt België het voorzitterschap van de Raad van de EU. Dat is een kans om zijn diplomatieke kwaliteiten te doen gelden en de EU vooruit te helpen naar haar doelstellingen voor de energietransitie tegen 2030 en 2050.
2020 was het jaar van de gezondheid, 2022 is dat van de energie
Nadat de Covid-19-crisis de grondstoffen- en energieprijzen al had opgedreven, hebben de Russische invasie van Oekraïne de wereld in een globale energiecrisis gestort. De prijzen schieten de hoogte in. Sinds het begin van het jaar is het gas in Europa 10 keer duurder geworden. De huishoudens en de bedrijven betalen een hoge tol.
Daarnaast geven de temperaturen van deze zomer ons een voorproefje van de echte klimaatuitdagingen die ons te wachten staan. We beseffen nu dat het beheer van waar en hoe onze energie wordt geproduceerd en verbruikt levensbelangrijk is geworden. Nadat we ze lang als vanzelfsprekend hebben beschouwd, is energie voortaan een sleutelelement van de nationale veiligheid.
Na de Tweede Wereldoorlog legden zes landen, waaronder België, de basis voor de Europese integratie door de markten van de steenkool en het staal gemeenschappelijk te maken. De EU was dus oorspronkelijk een gemeenschappelijke markt van fossiele brandstoffen. Vandaag staat ze echter op een keerpunt in haar energiegeschiedenis.
Ze zit gevangen tussen een geopolitiek conflict met een impact op de energiebevoorrading en een klimaatcrisis die alleen kan worden opgelost door radicale veranderingen in onze manier van produceren en van consumeren. Het vermogen van de EU om deze ommekeer te maken, zal de kracht van het Europese project moeten bewijzen.
Europees leiderschap op lange termijn
De geopolitieke veranderingen en de existentiële uitdaging van de klimaatcrisis vragen om pragmatisch leiderschap met een visie op lange termijn.
De EU heeft daartoe een goede start genomen met het plan REPowerEU, dat kort na de Russische invasie van Oekraïne werd voorgesteld. Het plan wil het Europese energiesysteem transformeren. Het moet de afhankelijkheid van Russisch gas verminderen en de energietransitie bevorderen door voorrang te geven aan energiebesparing, de energiebevoorrading te diversifiëren en de uitrol van hernieuwbare energie te versnellen om de fossiele brandstoffen in de economie en de samenleving te vervangen.
In dezelfde geest liggen nu vrijdag op de bijeenkomst van de energieministers van de EU dringende voorstellen op tafel om de gasprijs te beperken – zoals vorige week aanbevolen door de G7 – en de elektriciteitsprijs los te koppelen van de gasprijs. Maar het gevaar bestaat dat deze noodmaatregelen een nieuwe permanente toestand zullen scheppen die lang niet volstaat om de klimaatcrisis te beheren. Want na deze winter moeten we doorzetten naar de doelstellingen voor 2030 en 2050, zoals de uitbreiding van de hernieuwbare energie, de versterking van de energiebesparing, de bevordering van de integratie en coördinatie van de energievoorziening tussen de landen en de diversificatie van onze energiebronnen met verschillende technologieën en internationale partners.
Het Belgische voorzitterschap is een niet te missen kans
Het energieparadigma is aan het veranderen en dat proces zal volgende winter de agenda domineren. Wanneer het in januari 2024 het voorzitterschap van de Raad van de EU overneemt, zal België zich in pole position bevinden om de transitie verder te leiden. Het zal een overdachte, vastberaden aanpak moeten kiezen, met bijzondere aandacht voor de geopolitiek van de energie en de macro-economische stabiliteit, en met benutting van onze diplomatieke capaciteiten binnen de EU.
Het Belgische voorzitterschap zal cruciaal zijn, want het kan invloed uitoefenen op de beleidsagenda van het nieuwe mandaat van de Europese Commissie, die rekening zal moeten houden met de Europese verkiezingen van mei 2024. Het zal de prioriteit moeten verzekeren van de doelstellingen voor het klimaat en de decarbonisering van de economie die vastgelegd zijn in de “European Green Deal” en het wetgevingspakket “Fit for 55”, bedoeld om Europa tegen 2050 klimaatneutraal te maken.
België staat bekend als een echte makelaar in compromissen en is goed geplaatst om deze uitdaging van internationaal leiderschap aan te pakken. Het speelt niet alleen een symbolische rol als een van de zes stichtende landen van de Europese Unie maar onderscheidt zich ook door zijn verzoenende aanpak – het heeft zelf haar positie herbekeken inzake energie door gesprekken aan te gaan over het deels openhouden van de kerncentrales.
België krijgt dus de kans om mee aan het roer te staan in een van de ernstigste crisissen die Europa heeft gekend en zo bij te dragen aan de vernieuwing van het Europese project.